Brief aan Koen - De Macht van de Machtelozen: Dissidentie, Humor en Presidentschap

Gepubliceerd op 14 maart 2024 om 15:29

Jesse Segers en Koen Marichal schrijven elkaar een maandelijks een brief die gepubliceerd wordt in het Tijdschrift voor Coaching. De vorige brief van Koen van februari vind je hier.

Beste Koen,

Wat een brief weer! Over gebeurtenissen gesproken, beeld je in: je zit binnen de sombere muren van een gevangenis, een echo van Aleksej Navalny’s lot over wie je zo treffend schreef. Het is niet je eerste verblijf achter de tralies. Het systeem acht je pennenvruchten gevaarlijk, bestempelt je als een dissident, een rebel tegen de staat. Je schrijven en je zijn worden het boegbeeld van ‘De macht van de machtelozen’ in het aangezicht van een totalitair regime. Je koestert een onbuigzame onafhankelijkheid, een punker in hart en nieren, zou men kunnen zeggen.

Na straatprotesten en buitenlandse druk word je onverwacht vroegtijdig bevrijd. Het regime, tot dan toe onwankelbaar, vertoont scheuren, zij het subtiel. Een vriend vraagt of je je kandidaat wilt stellen als president. Je vindt het een absurd idee. Je zegt dan ook niet nee, maar ook geen ja. Echter, je vriend maakt je kandidatuur bekend. Binnen een maand vind je jezelf unaniem verkozen door 350 parlementsleden, inclusief 250 leden van de partij die je eerst gevangen hadden gezet.

Dit overkwam Vaclav Havel in 1989. De man die je citeerde met zijn gekende woorden: “Hope is not the conviction that something will turn out well but the certainty that something makes sense, regardless of how it turns out.” Hij was de eerste president van Tsjecho-Slowakije, en net zoals Nelson Mandela bewandelde hij het pad van dissident naar president. Zijn werken ‘Angst voor de vrijheid – redevoeringen van een president’ (1990) of Zomeroverpeinzingen (1991) blijven van onschatbare waarde in deze tijden.

Maar daar sta je dan. De verwachtingen van een hele natie drukken op je. Twintig jaar lang heeft men gevochten voor deze vrijheid, sinds de Praagse Lente. Twintig jaar heeft de tijd stilgestaan want ‘totalitaire regimes onderbreken de natuurlijke stroom van de tijd‘, zegt de Bulgaarse schrijver Georgi Gospodinov. Terwijl interactieve, democratische systemen deze stroom revitaliseren met nieuwe experimenten, ervaringen en overpeinzingen, leerde ik van Wilfred Verweij bij Sioo.

Het oude communistische systeem is niet meer, maar het nieuwe is er ook nog niet. De ene deur dicht, de andere nog niet open. “Dan is het gewoon verdomd donker in de gang”, zei een nieuwe collega bij Ginkgo me. Het mag dan ook niet verbazen dat hij schrijft dat hij na de overwinningsroes depressief naar zijn werk ging. Net zoals zijn medewerkers in de Praagse burcht.

Ze begrepen daar en dan, schrijft Havel, dat de poëzie was afgelopen en dat de proza was begonnen. Ook letterlijk: er moest een grondwet geschreven worden. Het carnaval was ten einde en de gewone dag was aangebroken. Ze ervaarden allen angst. Angst dat ze niet berekend waren op de taak, angst dat ze in gebreke zouden blijven, dus angst voor zichzelf, gaat hij verder. En er lag een gevoel van absurditeit aan ten grondslag. Een gewaarwording die Sisyfus zou hebben gehad als zijn rotsblok op een goede dag was blijven liggen op de heuvel en niet was teruggerold, besluit hij.

Die twijfel aan zichzelf en aan het recht om het ambt van de leider te bekleden – dat het een vergissing moet zijn, toch? – maakt hem paradoxaal genoeg een betere president dan iemand die niet zo in de wedstrijd zit. Daarvan is hij overtuigd, en ik ook. De lichtheid ten aanzien van jezelf die hieruit voortvloeit, helpt om met iedereen goed op te schieten, mensen te verzoenen, te verenigen, om te functioneren als krachtlijm.

Ik doe de lezer onrecht aan door de parallel Trump vs Biden expliciet te maken, maar doe het toch maar even. Al heel zijn politieke leven wordt Biden voortgestuwd door een wispelturige mengeling van zelfvertrouwen en onzekerheid aldus Evan Osnos van de The New Yorker. Bidens humor over zijn eigen leeftijd, zijn medemenselijkheid door de dood van zijn eerste vrouw, dochter én zoon… Ook hij ervaart dagelijks de absurditeit van het leven. En hij wordt daarin tot op de dag van vandaag bijgestaan door zijn wijze onafhankelijke tweede vrouw die ooit zei: “Hoe lijm je zo’n gebroken familie? Zoals je ook een natie lijmt. Met liefde, begrip en kleine gebaren.”

“Zonder glimlach, hooguit een grimas, omdat hij niet in staat is tot zelfspot. De hater kent dus niet het gevoel van absolute absurditeit, dat wil zeggen van de absurditeit van zijn eigen bestaan, evenals een gevoel van de eigen ontoereikendheid, teleurstelling, beperktheid of schuld.”

“Haat heeft echter veel gemeen met liefde”, schrijft Havel in de anatomie van de haat: “Namelijk het zelfoverstijgende element, de hechting aan de ander.  Zoals de liefhebbende verlangt naar de geliefde en niet zonder deze kan, zo verlangt ook de hatende naar de gehate. En net zoals de liefde, is ook de haat uiteindelijk eigenlijk de uitdrukking van het verlangen naar het absolute, zij het een op tragische wijze omgekeerde uitdrukking ervan.” Omdat het absolute, het goddelijke, niet bereikbaar is, geven ze de gemene, onrechtvaardige buitenwereld hiervan de schuld. “Zonder glimlach, hooguit een grimas, omdat hij niet in staat is tot zelfspot. De hater kent dus niet het gevoel van absolute absurditeit, dat wil zeggen van de absurditeit van zijn eigen bestaan, evenals een gevoel van de eigen ontoereikendheid, teleurstelling, beperktheid of schuld.”

In tegenstelling hiermee biedt Charlie Chaplin, als komiek en kunstenaar, een model voor leiderschap dat doordrenkt is van lichtheid en humor – een sentiment waarmee Volodymyr Zelensky ongetwijfeld zou instemmen, aldus Simon Shuster zijn biograaf.

Ik wens je veel lichtheid en humor op je pad in deze lentetijd!

Jesse